Geschiedenis

Lubbert Adolph TorckRijksmonument
De kerk van Rozendaal is een Rijksmonument (monumentnummer 32951).

De kerk van Rozendaal

Lubbert Adolf Torck, heer van Rosendael van 1721 tot 1758, besloot halverwege de achttiende eeuw een kerk te laten bouwen in de heerlijkheid. Torck zelf heeft de inwijding van zijn kerk op 9 juli 1758 nog mee kunnen maken. Enkele maanden later overleed hij. De kerk bleef in bezit van de heren van Rosendael tot 1949. Op 11 maart van dat jaar schonken de erven van Pallandt de kerk, pastorie en toebehoren aan de (toen nog:) Hervormde Gemeente van Rozendaal. Kerk en interieur zijn een rijksmonument.
Kasteel Rosendael
Het kasteel Rosendael, tegenover de kerk

Kerk en pastorie
 
Vanaf de Kerklaan kijkt men aan tegen de hoge blinde muur van de kerk. Aan de buitenzijde ziet het gebouw er, afgezien van de hoge rondboogvensters in de oost- en westgevel, niet direct uit als een kerk. Boven de steunbeer op de noordoosthoek is tegen de daklijst een kleine klokkenstoel aangebracht.  Aan de zuidzijde is een pastorie tegen de kerk aangebouwd. Kerk en pastorie vormen samen een geheel. 

Het interieur van de kerk
De kleine kerkzaal heeft een bijna vierkante plattegrond van 11,5 bij 13,5 meter. Vier kolommen ondersteunen het 9,5 meter hoge plafond. Tegen de zuidelijke muur staat de preekstoel, binnen de dooptuin. Tegenover de kansel bevinden zich de eikenhouten herenbanken, ook wel kasteelbanken genoemd. Boven deze banken is het alliantiewapen van de stichters aangebracht. Links het wapen van Lubbert Adof Torck, rechts dat van zijn vrouw Petronella Wilhelmina van Hoorn en in het midden het wapen van de heerlijkheid Rosendael. Eronder het jaartal 1758, het jaar dat de kerk werd voltooid. Op het balkon, boven de herenbanken, is het huidige orgel geplaatst. Dit orgel, een gift van baron R.J.C. van Pallandt, werd in 1880 door de uit Duisburg afkomstige orgelbouwer Ehrenfried Leichel gebouwd. Hij maakt hierbij gebruik van het orgel dat baron van Torck destijds bij de stichting van de kerk in Deventer had gekocht en dat tot 1880 in de oostelijke hoek van de kerk tegen de zuidmuur stond, naast de preekstoel. De zuidelijke muur is voorzien van een symbolische muurschildering in Jugendstil.

De monumentale muurschildering 
Zodra een bezoeker de kerk van Rozendaal binnenkomt, staat hij vrijwel gelijk oog in oog met de monumentale muurschildering uit 1905. Deze symbolische schildering in Jugendstil meet 7.45 m bij 11.50 m en bedekt bijna de gehele muur. De kansel, in het midden, vormt de enige onderbreking. Het muurvlak is zodanig geometrisch ingedeeld dat er verschillende, grotere en kleinere, vlakken zijn ontstaan. In een aantal van deze vlakken werden voorstellingen en symbolen en een drietal teksten aangebracht.  De woorden van psalm 150.
Bekijk de muurschildering.

Kerkzegel van Rozendaal
Aanvankelijk werd in de Rozendaalse kerk gebruik gemaakt van eenvoudig stempel.
 
Op initiatief van de toenmalige predikant, dominee Poppo ten Have (zie bronzen plaquette westmuur kerk), kwam er in 1950 een officieel kerkzegel tot stand.
  

Commissie Voorlichting en Richtlijnen
Destijds was er door de Generale Synode van de N.H. Kerk een commissie van Voorlichting in het leven geroepen. Deze commissie assisteerde de plaatselijke gemeenten en begeleidde hen bij de totstandkoming van een kerkzegel.
De voorzitter van deze commissie was dominee Woldendorp. Een artikel van zijn hand over dit onderwerp verscheen in de Technische Gids van 21 juli 1951:

Kerkelijke zegels
Richtlijnen voor kerkeraden en ontwerpers

In dat artikel gaf hij naast de grafische richtlijnen ook nog een paar andere belangrijke adviezen zoals:
“Het zegel moet zo eenvoudig mogelijk zijn;…….”
“Voorts knope het zegel aan bij de historie van de plaatselijke kerk…..”
Verder diende ook het “locaal eigene” een plaats te krijgen in het ontwerp.
Hij beëindigt het artikel met een aantal “leerrijke voorbeelden”.
Eén die leerrijke voorbeelden is het Rozendaals kerkzegel.
In de zegelrand wordt gebruik gemaakt van de heraldische roos uit het wapen van de Heerlijkheid Rosendael, later het gemeentewapen (aanknopen historie). De fontein op het zegelvlak is een vorm van het “locaal eigene”, het voor Rozendaal zo belangrijke element water. Water dat opwelt, stroomt, valt en omhoog spuit. Het randschrift: bij u is de fontein des levens (psalm 36: 10) valt onder de Christussymboliek, Christus als de Fons Vitae, de Levensbron.

Dit bronmotief  is ook in de kerk gebruikt, voor de afbeelding van:

“Het gesprek met de Samaritaanse vrouw”

Tijdens dit gesprek bij de bron/put  zegt Jezus “………..maar het water dat ik […] zal geven, zal […..] worden tot een fontein van water, dat springt ten eeuwigen leven (Johannes 4:14).

Boek Kerkzegels
In 1996 verscheen het boek van T.L. Korporaal, getiteld “Als een lelie onder  de doornen”(Zoetermeer). Dit is een boek over kerkzegels. Op pagina 65 wordt het Rozendaalse zegel genoemd.

Boek over de historie van de Kerk in Rozendaal
Er is door C.M.H. Bosch een boek geschreven over de rijke historie van de Kerk in Rozendaal met de titel:

"Uit het archief van de Hervormde Kerk te Rozendaal 1757-1997"


Uitgever: Depijperpers-Rozendaal
ISBN: 90-804470-1-3
Dit boek is te bestellen bij: Boekhandel Jansen en De Feijter, Emmastraat 6  6881 ST Velp (GLD)

De monumentale pastorietuin van Rozendaal

De Rozendaalse herenkerk is, zoals genoegzaam bekend, gebouwd door baron Torck en ingewijd in 1758. Aan het kerkgebouw is tegelijkertijd de pastorie aangebouwd. De kerk is in 1968 ingeschreven in het register van rijksmonumenten onder no. 32951.

De tuin valt onder het beschermde dorpsgezicht. Er is geen tuinarchitect bekend.  Nergens  in het standaardwerk "Groen hemeltjen op aard" is enige aanduiding over de aanleg te vinden, ook niet in noten over rekeningen en opdrachten. In de Historische gids voor bodemgebruik 1832, gebaseerd op kadastrale gegevens, is het als weiland aangegeven.

In het boek “Pastorietuinen in Nederland” uit 1989 is wel een hoofdstukje aan Rozendaal gewijd. Daarin wordt vermeld dat er achter de siertuin van de pastorie een moestuin lag die grensde aan de moestuin van het kasteel. Beide moestuinen zijn na de oorlog aan de gemeente verkocht en met huizen bebouwd. In ruil werd een strook gemeentegrond ten oosten van de kerk aan de pastorietuin toegevoegd. Op dit stuk van de pastorietuin ligt nog steeds een boomgaard en een moestuin.

De aanleg van de siertuin wordt wel toegeschreven aan de Nederlandse tuinarchitect Dirk Wattez (1833 – 1906), die o.a. tuinen voor de Twentse textielbaronnen heeft ontworpen.

In 1852 werd Reinhard baron van Pallandt benoemd tot burgemeester van Rozendaal en ging hij het kasteel bewonen. In de volgende jaren initieerde hij veel werkzaamheden aan kasteel en park. Het is goed mogelijk dat toen ook aan de pastorietuin gewerkt werd; de oudste gedocumenteerde bomen zijn omstreeks 1850 geplant.

pastorietuin 1905 siertuin pastorie

 

 Bovenstaande linkerfoto toont de pastorietuin rond het jaar 1905. Bierens den Haan was toen predikant. Een deel van de moestuin liet hij inzaaien met koren; vanuit zijn studeerkamerraam zag hij het wuivende graan. Volgens mondelinge overlevering werkte de tuinman van het kasteel in de pastorietuin. Op de rechterfoto is de siertuin beter te zien: een rond gazon met pad eromheen, twee kleinere cirkels met gras en beplanting (“island bedding”) en hoog opgaand geboomte.

Op 1 januari 1949 schenken de Erven Baron van Pallandt de kerk met bijbehorend erf aan de kerkelijke gemeente, vergezeld van een bruidschat voor toekomstig onderhoud. Vanaf dat moment is de kerkelijke gemeente zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van  de pastorietuin (en uiteraard ook de kerk).

Het boekje ‘De pastorietuin van Rozendaal’ uit het jaar 1990 door Leo den Dulk, uitgegeven door de Stichting Vrienden van de kerk te Rozendaal, geeft een beschrijving van de tuin op dat moment.

In 2015 vonden intensieve werkzaamheden aan het kerkgebouw plaats. Zo is toen de tuinkamer uitgebreid met een serre, werden privé-bouwsels gesloopt, een zeecontainer (in 1993 geplaatst ten behoeve van opslag voor de jaarlijkse rommelmarkt) verwijderd en een schuur met bergingen gebouwd. Tengevolge daarvan en door de aanleg van een breed terras vóór de aangebouwde serre en een parkeerplaats voor bewoners naast de kerk,  moest groen verwijderd worden en waren grondwerkzaamheden nodig.  Dit noopte tot aanpassingen in de pastorietuin.

De oudste nog bestaande bomen in de tuin zijn geplant omstreeks 1880. In 2003 zijn de oude bomen in de tuin in opdracht van de gemeente geïnspecteerd door Foreest Groen Consult in verband met plaatsing op de gemeentelijke lijst van monumentale bomen. Zo’n 10 bomen, geplant vanaf 1850, werden monumentaal bevonden. Nadien moesten helaas veel van deze bomen wegens ziektes worden gekapt. Dit betreft 3 esdoorns (Acer pseudoplatanus) uit 1850, de reuzenlevensboom (Thuja plicata) die zo’n prominente plaats in de tuin had en de Europese larix (Larix decidua), beide eveneens uit 1850. De laatste twee bomen hadden erg te lijden van de extreem droge zomers van 2019 en 2020 en werden (mede daardoor) aangetast door de letterzetterkever. Tegelijk zijn enkele zieke fijnsparren naast de kerk gekapt.

Van de lijst met monumentale bomen resteren nu (2022) een moseik (Quercus cerris) uit 1880, een venijnboom (Taxus baccata) uit 1880, 2 tamme kastanjes (Castenea sativa) uit 1880 en 2 goudrenetten (Malus communis) uit 1920.

De gekapte bomen zijn in 2019 en 2020 vervangen door: een lindeboom (Tilia europaea Pallida), een rode beuk (Fagus syl. Atropunicea), een bijenboom (Tetradium danielli), een conifeer (Tsuga canadensis), een amberboom (Liquidambar styr.Autum Red), een zakdoekjesboom (Davidia involucrata), een acacia (Robinia umbr.Frisia), een krent (Amelanchier lamarckii), een prunus (Prunus cerasifera Nigra) en diverse struiken.

De tuin wordt onderhouden door een kleine groep vrijwilligers. Het behoud van het monumentale karakter staat daarbij voorop, naast praktische bruikbaarheid en schoonheid. Door de aanplant van bloeiende en besdragende planten, het creëren van takkenrillen en het afzien van het gebruik van bestrijdingsmiddelen wordt geprobeerd de biodiversiteit te bevorderen. We krijgen nu en dan bezoek van een das, maar daarmee zijn we niet zo blij.

Als u (eventueel incidenteel) wilt helpen bij het onderhoud van deze fraaie tuin, neem dan contact op met ondergetekende.

Namens de tuincommissie, Erik Kool